Naar Magdeburg en Dresden

Onze route naar Magdeburg leidde ons toevallig langs Minden. En dat stond al lang op mijn lijstje.
Want het Wasserstrassenkreuz aldaar is wereld beroemd. De Weser en het Mittellandkanaal kruisen elkaar daar met een hoogteverschil van ongeveer 13 meter. Daar is dus een brug voor gebouwd, jawel, bijna 400 meter lang is die. De grootste in zijn soort. En er is een sluis, de schachtschleuse. 84 meter lang, 10 meter breed en 13 meter verval. Dankzij een ingebouwd spaarbekken is de schuttijd erg kort en wordt er minder water verspild.

En dan Magdeburg, natuurlijk de stad van de halve bollen. Maar ook - tot onze grote verrassing - van een werkelijk fenomenaal Hundertwasserhaus. De trouwe lezers weten dat we tijdens onze laatste vakantie in Wenen fan zijn geworden. En dat is alleen maar versterkt. Verder vonden we Magdeburg niet zo bijzonder.
Vrijdag zijn we verkast naar Dresden. Het landschap viel ons wat tegen. Maar Dresden zelf is een erg leuke stad. De binnenstad is helemaal plat gebombardeerd. En toch zijn er veel historische gebouwen overeind gebleven. Het kasteel en de Frauenkirche bijvoorbeeld. De nieuwbouw is in redelijk traditionele stijl gehouden waardoor toch wel een vriendelijke sfeer is ontstaan. Heel anders dan in Rotterdam is gedaan. Toch ook wel overeenkomst in bijvoorbeeld de grote brede wegen met trambanen die de stad doorkruisen.

In de omgeving van Dresden vind je nog veel kastelen. We hebben Moritzburg bezocht, een groot jachtkasteel in barok-stijl. Het was goed onderhouden. Behalve met jagen vermaakten de edelen zich met het nabootsen van zeeslagen. Zelfs een vuurtoren ontbrak niet aan het meer, ach ja.
De halve dag hebben we doorgebracht in het stadje Meissen, veel smalle straatjes en een kasteel hoog er boven. Het lijkt er wel middeleeuwen.